Om risico’s op het ontstaan van wonden en van amputaties in te schatten is het bij diabetespatiënten belangrijk om neuropathie vroegtijdig te diagnosticeren. Maar dat gebeurt te weinig, met alle gevolgen van dien, aldus prof. R. Malik van de University of Manchester. Dat komt volgens hem omdat de testen die artsen gebruiken om de diagnose neuropathie te stellen zich richten op de verkeerde vezels.
“Men richt zich op de grote vezels, terwijl men zich zou moeten richten op de kleine vezels, en wel de C-vezels. Deze vormen zo’n 90% van de smalle vezels. Dit zijn de vezels die bij neuropathie als eerste worden aangetast. Hoewel deze vezels verantwoordelijk zijn voor de aansturing van onder meer pijn, bloedtoevoer, infectie en anhidrosis, worden ze genegeerd bij het vaststellen van neuropathie.
Cornea confocale microscopie
Soms wordt een huidbiopsie genomen, voor het vaststellen van de diagnose maar dat zet volgens Malik te weinig zoden aan de dijk. De huid bevat 200 smalle vezels (nociceptoren) per mm 2, terwijl het hoornvlies van het oog (de cornea) 7000 nociceptoren per mm2 bevat. Naarmate neuropathie toeneemt, neemt de dichtheid van de nociceptoren af. Door het hogere aantal nociceptoren is neuropathie dus veel sneller via het hoornvlies te diagnosticeren. “Het hoornvlies laat zien wat er in de voet gaande is”, aldus Malik. Malik pleit daarom voor het toepassen van cornea confocale microscopie. Dit is een nieuwe klinische methode voor de studie van de corneale celstructuur. Het is een niet-invasieve techniek voor in vivo beeldvorming van levende cornea. Met behulp van deze techniek worden beelden verkregen die vergelijkbaar zijn met in-vitro-histochemische technieken. De methode is nog niet goedgekeurd door de Amerikaanse FDA.
Malik deed zijn uitspraken tijdens het 7th International Symposium on the Diabetic Foot, dat gehouden is van 20 t/m 23 mei in Den Haag.